Regionale ontwikkelingsmaatschappijen (ROM’s)

Regionale ontwikkelingsmaatschappijen (ROM’s) zetten zich in voor het versterken van de economie en werkgelegenheid in een regio. ROM’s fungeren als gezamenlijk instrument van Rijk en regio in het regionaal economisch beleid en innovatiebeleid. Een ROM heeft als kerntaken:

– investeren in innovatieve ondernemers;
– innoveren door ondernemers in de regio onderling en met relevante kennisinstellingen te verbinden en te helpen nieuwe ideeën te ontwikkelen in specifieke innovatieprojecten en business cases;
– internationaliseren door zowel internationale ondernemingen aan te trekken als te helpen met het waarmaken van internationale ambities van ondernemers in regio.

In totaal telt Nederland negen ROM’s die samen alle Nederlandse regio’s vertegenwoordigen. In de provincie Flevoland gaat het om Horizon Flevoland, in de provincie Utrecht om ROM Utrecht Region, in de provincie Noord-Holland om ROM InWest en in provincie Zuid-Holland om InnovationQuarter. Elke ROM is een onderneming met publieke aandeelhouders zonder winstoogmerk. De provincies zijn aandeelhouder en subsidieverstrekker van ROM’s, vaak samen met Rijk, gemeenten en soms ook kennisinstellingen.

Provinciale Staten van Flevoland hebben de Randstedelijke Rekenkamer in 2023 via een motie gevraagd onderzoek te doen naar Horizon Flevoland en zo mogelijk naar andere Randstedelijke ROM’s. Daarnaast is er een aantal ontwikkelingen die de Rekenkamer aanleiding geeft voor een explorerend en signalerend onderzoek, waaronder verschillen tussen de ROM’s, een grotere rol van het Rijk bij de ROM’s en het opkomen van transitieopgaven.

Het doel van dit onderzoek is om kansen en risico’s met betrekking tot de ROM’s voor de vier Randstedelijke provincies in kaart te brengen. Hiervoor voeren we een signalerend en explorerend onderzoek uit naar de relatie tussen de provincie en de ROM en de kansen en risico’s voor de vier provinciale ROM’s. Hieruit volgen leerpunten voor de vier provincies, mogelijke aandachtspunten voor een vervolgonderzoek op provinciaal niveau en eventueel aandachtspunten vanuit de vier Randstedelijke provincies voor de landelijke evaluatie 2021-2025.